Carine Achten Özlem Demirci Katrien Timmers Myriam Bellio Kenan Akyil Michiel Lenssen Marc Coenen Mathijs Knevels Hanne Kellens Monique Verstraeten Mustafa Aytar Gunther Maex Bert Cuppens Wim Haest Muhammet Oktay Ben Olech Silvio Bellavia Göksal Kanli Eefje Van Wortswinkel Marc Vandenbussche Yeter Demirci Maarten Houben Liesbeth Maris Mia 's Hertogen Jef Verpoorten Jill Claes Lieve Wouters Alain Yzermans Myrthe Van Roey Carine Achten Özlem Demirci Katrien Timmers Myriam Bellio Kenan Akyil Michiel Lenssen Marc Coenen Mathijs Knevels Hanne Kellens Monique Verstraeten Mustafa Aytar Gunther Maex Bert Cuppens Muhammet Oktay Ben Olech Silvio Bellavia Göksal Kanli Eefje Van Wortswinkel Marc Vandenbussche Yeter Demirci Maarten Houben Liesbeth Maris Mia 's Hertogen Jef Verpoorten Jill Claes Lieve Wouters Alain Yzermans Myrthe Van Roey Jef Verpoorten Bert Cuppens Mustafa Aytar Katrien Timmers Eefje Van Wortswinkel Kenan Akyil Ben Olech Maarten Houben Alain Yzermans Mathijs Knevels Marc Vandenbussche Göksal Kanli Myriam Bellio Özlem Demirci Gunther Maex Myrthe Van Roey Mia 's Hertogen Hanne Kellens Yeter Demirci Muhammet Oktay Liesbeth Maris Monique Verstraeten Michiel Lenssen Jill Claes Lieve Wouters Silvio Bellavia Marc Coenen Carine Achten aantal voorstanders: 25 , aantal onthouders: 3 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Aanwezig | Myrthe Van Roey, voorzitter Alain Yzermans, burgemeester Hanne Kellens, Lieve Wouters, Muhammet Oktay, Marc Vandenbussche, Mustafa Aytar, Myriam Bellio, Katrien Timmers, schepenen Eefje Van Wortswinkel, Göksal Kanli, Bert Cuppens, Carine Achten, Jef Verpoorten, Maarten Houben, Michiel Lenssen, Liesbeth Maris, Mathijs Knevels, Yeter Demirci, Marc Coenen, Ben Olech, Jill Claes, Gunther Maex, Monique Verstraeten, Mia 's Hertogen, Kenan Akyil, Özlem Demirci, Silvio Bellavia, raadsleden Wim Haest, algemeen directeur
|
Verontschuldigd: | Luciana Costa, Silke Hillen, Filip Gielen, raadsleden
|
Openbare zitting
Gemeentebelasting op de tweede verblijven – aanslagjaren 2026 tot en met 2031 - Goedkeuring.
Wetgeving
● de Grondwet, meer bepaald artikel 170, § 4
● het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 40 § 3 en 41,14° inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad om belastingreglementen te wijzigen, vast te stellen en goed te keuren
● het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikelen 286, 287, 288, inzake de bekendmaking en de inwerkingtreding van het belastingreglement
● het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 330, inzake het bestuurlijk toezicht op de besluiten van de Gemeenteraad betreffende de belastingreglementen
● het besluit van de Vlaamse Regering van 20 april 2018 betreffende de bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende de raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones
● de omzendbrief BB 2008/07 van 18 juli 2008 aangaande het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen
● de omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019
● het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019
● het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd
● het gemeenteraadsbesluit van 23 december 2021 betreffende de belasting op tweede verblijven voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2025, zoals aangepast op 28 maart 2024
Feiten en context
Het belastingreglement op tweede verblijven voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2025, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 23 december 2021, vervalt op 31 december 2025. De gemeente wenst de belasting op tweede verblijven te hernieuwen en integraal te vervangen door dit belastingreglement op tweede verblijven voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031.
Het voorgaande belastingreglement werd geëvalueerd en bijgesteld om het zo correct mogelijk te kunnen toepassen.
Het is budgettair noodzakelijk belastingen te heffen die toelaten de uitgaven van gemeenten in het algemeen te financieren, en aldus de continuïteit van de werking van de gemeentediensten en de dienstverlening – ook op lange termijn – te kunnen handhaven. Belastingen vormen immers een belangrijke bron van inkomsten voor gemeenten, waardoor deze één van de pijlers vormen van de gemeentelijke autonomie.
Gezien het bestaan en het gebruik van woonentiteiten waar niemand is ingeschreven in het bevolkingsregister, evenzeer als door gedomicilieerde personen bewoonde woonentiteiten, aanleiding geeft tot kosten die door de gemeente worden gedragen betreffende investeringen onder andere in openbaar domein, openbare dienstverlening, veiligheid, administratie en afvalbeheersing. De gebruikers van tweede verblijven, zijnde de eigenaar, huurder of een andere gebruiker, halen voor die woonentiteiten wel voordeel uit de gemeentelijke dienstverlening, doch dragen er niet fiscaal toe bij, zodat het redelijk verantwoord is dat ook zij een billijke bijdrage leveren en dat op de tweede verblijven een belasting wordt geheven.
De belasting wordt geheven op de houder van het zakelijk recht van het tweede verblijf. Zelfs wanneer de houder van het zakelijk recht zijn woning als tweede verblijf verhuurt, geniet hij nog steeds rechtstreeks dan wel onrechtstreeks van het voordeel van de investeringen die de lokale overheid doet in diverse voorzieningen (cfr. Cass. 16 juni 2017, AR F.15.0186.N). Het is aangewezen om de houder van het zakelijk recht als belastingplichtige aan te duiden om een gemakkelijke invordering van de belasting op tweede verblijven te verzekeren (Omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019). Hij kan als enige met zekerheid gekend zijn aan de gemeente en kan de belasting, desgewenst, contractueel doorrekenen aan een eventuele huurder/gebruiker.
De gemeenteraad acht het toegepaste tarief per tweede verblijf gematigd en billijk voor de duur van het belastingreglement.
De belasting op tweede verblijven is gericht op privé-eigenaars. Commerciële uitbaters van verblijfsparken en recreatiedomeinen die onder de gemeentebelasting economische bedrijvigheid vallen, worden vrijgesteld om dubbele belasting te vermijden en economische activiteit te stimuleren.
Besluit de gemeenteraad met
25 stemmen voor:
Myrthe Van Roey (N-VA - BUUR), Alain Yzermans (Hoppah), Hanne Kellens (Hoppah), Lieve Wouters (N-VA - BUUR), Muhammet Oktay (Hoppah), Marc Vandenbussche (N-VA - BUUR), Mustafa Aytar (Hoppah), Myriam Bellio (Hoppah), Katrien Timmers (N-VA - BUUR), Eefje Van Wortswinkel (N-VA - BUUR), Göksal Kanli (Hoppah), Bert Cuppens (Hoppah), Jef Verpoorten (Hoppah), Maarten Houben (N-VA - BUUR), Michiel Lenssen (N-VA - BUUR), Liesbeth Maris (Hoppah), Mathijs Knevels (Hoppah), Yeter Demirci (Hoppah), Ben Olech (N-VA - BUUR), Jill Claes (N-VA - BUUR), Gunther Maex (N-VA - BUUR), Monique Verstraeten (N-VA - BUUR), Mia 's Hertogen (Hoppah), Kenan Akyil (Hoppah) en Özlem Demirci (Hoppah);
0 stemmen tegen:
3 onthoudingen:
Carine Achten (Vlaams Belang), Marc Coenen (Vlaams Belang) en Silvio Bellavia (Vlaams Belang).
Artikel1
Het belastingreglement op de tweede verblijven – aanslagjaren 2026 t.e.m. 2031 vast te stellen als volgt:
Heffingstermijn en belastbaar feit
Artikel 1
Voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 heft de gemeente Houthalen-Helchteren een jaarlijkse belasting op de tweede verblijven.
Definities
Artikel 2
§1. Onder ‘tweede verblijven’ wordt verstaan elke woon- of verblijfsgelegenheid waarvan de persoon die er kan wonen of verblijven, voor deze woon- of verblijfsgelegenheid op 1 januari niet ingeschreven is in de bevolkingsregisters of het vreemdelingenregister, ongeacht het feit of het gaat om landhuizen, bungalows, appartementen, grote of kleine weekendhuizen of buitenverblijven, optrekjes, chalets, wooncaravans of alle andere vaste woongelegenheden.
De woongelegenheid dient effectief gebruikt te worden. Bovendien dient de woongelegenheid en huiskavel als een goede huisvader onderhouden te worden. Het gebruik van water en elektriciteit binnen de woning kan aangetoond worden door verbruiksfacturen.
§2. Als tweede verblijf worden niet beschouwd:
● Lokalen die uitsluitend bestemd zijn voor het uitoefenen van beroepsactiviteiten.
● Tenten, verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens.
● Een woongelegenheid die niet aan de criteria van een minimum aan bewoonbaarheid voldoet.
M.a.w. als blijkt uit onderzoek dat de woongelegenheid niet als tweede verblijf kan worden benut:
● De woning is niet stabiel/veilig genoeg.
● De woning kan stedenbouwkundig niet erkend worden als tweede verblijf.
● Het ontbreken van of te minimale bemeubeling.
● Sanitaire voorzieningen: het ontbreken van een goed functionerend toilet, stromend water, aansluiting op riolering.
● Het ontbreken van verwarmingsmiddelen om de woongedeelten met een woonfunctie tot een normale temperatuur en op een veilige manier te verwarmen.
● De afwezigheid van elektriciteit om de woning te kunnen verlichten en elektrische installaties op een veilige manier te kunnen gebruiken.
§3. Onder ‘wooncaravans’ moet verstaan worden de caravans die technisch niet gemaakt zijn om voortgetrokken te worden en waarvan het chassis en het type van wielen het voortslepen niet zouden verdragen.
Met ‘verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens’ worden alle andere soorten van caravans bedoeld, zoals caravans met een enkel stel wielen, de "semi-wooncaravans" met een dubbel stel wielen, de woonwagens en de caravans waarmee de kermisreizigers rondtrekken. Het gaat over deze caravans en woonaanhangwagens die op wettelijk voorgeschreven tijdstippen aan de technische controle onderworpen worden en waarvan een geldig schouwingsbewijs kan worden voorgelegd, waardoor ze op elk moment in het verkeer gebracht kunnen worden.
Belastingplichtige
Artikel 3
§1. De belasting is verschuldigd door de houder van één van de hierna vermelde zakelijke rechten op 1 januari van het aanslagjaar van het betreffende pand:
● Devolleeigendom;
● Hetrechtvanopstalofvan erfpacht;
● Hetvruchtgebruik
Dehoedanigheidvantweedeverblijfwordtopdiezelfdedatum beoordeeld.
Zijn belastingplicht geldt ook wanneer het tweede verblijf verhuurd wordt of tijdelijk niet gebruikt wordt.
Zijn belastingplicht geldt ongeacht het feit of hij al of niet in de bevolkingsregisters van de gemeente Houthalen-Helchteren is ingeschreven.
§2. In geval meerdere personen mede-eigenaar zijn van het belaste tweede verblijf wordt de belasting uitgesplitst volgens het wettelijk deel in de eigendom. Elke niet-vrijgestelde mede-eigenaar is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.
Tarief
Artikel 4
Het jaarlijks bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 600 euro per tweede verblijf.
De belasting is ondeelbaar en voor het ganse belastingjaar verschuldigd door de belastingplichtige op 1 januari van het belastingjaar.
Jaarlijkse indexering
Artikel 5
Het tarief van de belasting wordt gekoppeld aan de evolutie van de consumptieprijsindex en stemt overeen met de index van november 2025. Het tarief wordt jaarlijks op 1 januari aangepast aan het consumptieprijsindexcijfer van de maand november, die aan het aanslagjaar voorafgaat.
De berekening van het nieuw tarief gebeurt volgens de volgende formule:
Nieuw tarief = basistarief x (maal) nieuw indexcijfer / aanvangsindexcijfer.
Bij de toepassing van deze formule wordt er afgerond op evenveel cijfers na de komma als bij het basistarief, waarbij uitkomsten van 5 of hoger naar boven worden afgerond.
Vrijstellingen
Artikel 6
De belasting is niet verschuldigd door de uitbaters/eigenaars van verblijfsparken/recreatiedomeinen indien zij onder toepassing vallen van de gemeentebelasting economische bedrijvigheid.
Aangifteplicht
Artikel 7
§1. Elke belastingplichtige moet jaarlijks ten laatste op 30 september van het aanslagjaar een aangifte indienen op een door het gemeentebestuur voorgeschreven aangifteformulier.
§2. Een belastingplichtige die niet spontaan een aangifteformulier gekregen heeft, kan dit op eenvoudig verzoek bekomen bij het gemeentebestuur of downloaden van de gemeentelijke website. Het niet spontaan verkrijgen van een aangifteformulier ontslaat de belastingplichtige niet van de belasting.
§3. Als aangiftedatum geldt de postdatum of (bij afgifte) de datum vermeld op het ontvangstbewijs. Valt de uiterste indieningsdatum op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag, dan wordt de vervaldag verplaatst naar de eerstvolgende werkdag.
§4. De aangifte kan gebeuren via één van de volgende kanalen:
● via e-mail: info@houthalen-helchteren.be
● per post : College van burgemeester en schepenen, Pastorijstraat 30, 3530 Houthalen-Helchteren
Indien de aangifte via elektronische weg, meer bepaald per e-mail, wordt ingediend geldt de datum van de elektronische verzending als datum van indiening van de aangifte.
§5. Aan de belastingplichtige kan een ‘voorstel van aangifte’ verstuurd worden. De titel van dit document omschrijft duidelijk dat het om een ‘voorstel van aangifte’ gaat. Als de gegevens op dit voorstel onjuist of onvolledig zijn of niet overeenstemmen met de belastbare toestand op 1 januari van het aanslagjaar, moet de belastingplichtige ten laatste op 30 september van het aanslagjaar, het voorstel verbeterd en vervolledigd terugsturen. Het tijdig teruggezonden en gecorrigeerde of aangevulde voorstel van aangifte, geldt in dat geval als aangifte.
Als de gegevens op dit voorstel overeenstemmen met de belastbare toestand op 1 januari van het aanslagjaar, is de belastingplichtige niet verplicht dit formulier tegen de voormelde indieningsdatum terug te sturen. In dat geval is automatisch aan de aangifteplicht voldaan en wordt de belasting gevestigd op basis van de gegevens vermeld op het toegestuurde ‘voorstel van aangifte’.
Meldingen
Artikel 8
In geval van eigendomsoverdracht in de loop van het jaar moet de nieuwe eigenaar aangifte hiervan doen binnen de maand bij het gemeentebestuur Houthalen-Helchteren p/a financiële dienst op volgend adres Pastorijstraat 30, 3530 Houthalen-Helchteren of via het mailadres info@houthalen-helchteren.be of op digitale wijze via de stedelijke website.
Controle en onderzoek
Artikel 9
Het gemeentebestuur controleert de oprechtheid van de aangiften. De belastingplichtigen zijn verplicht deze controle te vergemakkelijken. De gemeente mag de waarachtigheid van de onderschreven aangiften nagaan met al de middelen waarover zij beschikt. Daartoe aangestelde personeelsleden zijn bevoegd elke inbreuk op het huidig reglement vast te stellen en moeten daarvoor toegang krijgen tot alle plaatsen waar de belastbare feiten plaats hebben. De door hen opgestelde processen-verbaal hebben bewijskracht tot bewijs van het tegendeel.
Administratieve boete
Artikel 10
Het gemeentebestuur is ten allen tijde gerechtigd waar ook op het gemeentelijk grondgebied controle uit te oefenen met het oog op de correcte toepassing van deze reglementering.
Een administratieve geldboete van 500,00 EUR wordt opgelegd in geval van:
● Overtreding van de meldingsplicht uit artikel 8 van dit reglement;
● De weigering mee te werken aan een fiscale controle;
● De weigering om boeken of bescheiden voor te leggen.
Het bedrag van de administratieve geldboete wordt gelijktijdig en samen met de belasting ingekohierd en ingevorderd.
De administratieve geldboete moet worden betaald binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.
Ambtshalve belasting
Artikel 11
§1. Als er geen, geen juiste of geen volledige aangifte is gedaan vanwege de belastingplichtige op de aangiftedatum vermeld in artikel 7, kan de belasting ambtshalve gevestigd worden overeenkomstig artikel 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en haar latere wijzigingen.
§2. De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd als volgt:
● 10 % bij een eerste overtreding,
● 25%, 50 % en 100 % bij respectievelijk een tweede, derde en vierde overtreding,
● Vanaf de vijfde opeenvolgende overtreding zal de belastingverhoging 200 % van de ambtelijk in te kohieren belasting bedragen,
met dien verstande dat een correcte en tijdige aangifte gedurende twee opeenvolgende jaren de goede trouw in hoofde van de belastingplichtige volledig herstelt, waardoor de aanslag bij de eerstvolgende overtreding met slechts 10 % wordt verhoogd.
Het bedrag van deze belastingverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.
Inkohiering
Artikel 12
De belasting wordt gevestigd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar wordt verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen.
Betalingstermijn
Artikel 13
De belasting moet betaald worden binnen de 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Bezwaar
Artikel 14
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan tegen zijn aanslag, een belastingverhoging of een administratieve geldboete (in voorkomend geval), een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en schepenen overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen 3 maanden te rekenen vanaf de datum waarop de belastingplichtige het aanslagbiljet heeft ontvangen of vanaf de kennisgeving van de aanslag.
Het aanslagbiljet wordt geacht ontvangen te zijn op de derde werkdag die volgt op de datum van de verzending van het aanslagbiljet. Als het aanslagbiljet verzonden werd via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van zijn verzending. Als het bestuur en de belastingplichtige hetzelfde informatiesysteem gebruiken om berichten elektronisch uit te wisselen, wordt het aanslagbiljet geacht ontvangen te zijn op het tijdstip waarop het aanslagbiljet toegankelijk wordt voor de belastingplichtige.
Bezwaarschriften kunnen per post (College van burgemeester en schepenen, Pastorijstraat 30 3530 Houthalen-Helchteren) of via elektronische weg per e-mail (info@houthalen-helchteren.be) worden ingediend binnen de termijn en onder de voorwaarden zoals hierboven vermeld.
De indiening van het bezwaarschrift via elektronische weg geldt als uitdrukkelijke instemming van de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger om berichten binnen de bezwaarprocedure via die elektronische weg uit te wisselen. Als het bezwaarschrift verzonden wordt via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van indiening van het bezwaar.
Het college van burgemeester en schepenen of het personeelslid dat zij speciaal daarvoor aanwijst, bericht schriftelijk ontvangst binnen vijftien dagen na de indiening van het bezwaarschrift.
Indien de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger dat in zijn bezwaarschrift heeft gevraagd, zal de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger uitgenodigd worden op een hoorzitting.
Bekendmaking, inwerkingintreding en bestuurlijk toezicht
Artikel 15
Het belastingreglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 286 t.e.m. 288 van het decreet over het lokaal bestuur.
Dit besluit vervangt het besluit van de gemeenteraad van 23 december 2021 houdende de belasting op tweede verblijven voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2025, zoals aangepast op 28 maart 2024 en treedt in werking op 1 januari 2026.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.